Adidas.
Daar ging het over.
Ik ben bijna door dat merk gehersenspoeld.
Hoe is het mogelijk hè?
Drie strepen.
Dat dat dan wat met je doet.
Je had ook ooit twee strepen.
Maar dat was niks.
Daar liep je mee voor schut.
Daar kon je niet mee voor de dag komen.
Dan kon je nog beter geen strepen hebben.
Ontsprong je mooi de dans.
Maar goed, ik had dus een joggingbroek.
Met maar twee strepen.
Die droeg ik dus alleen als het niet anders kon.
Als alles in de was zat.
Of wanneer ik een bui had.
En ik dacht dat het mij allemaal niks kon schelen.
Die merkenstrijd.
Het erbij willen horen.
Daar stond ik boven.
Alleen zo halverwege de dag rees dan toch de twijfel.
Zo kon ik er toch niet bijlopen.
Met maar twee strepen.
Dus kreeg ik een ingeving.
Alsof ik het licht zag.
Ergens had ik dan nog een stift liggen.
Ongeveer dezelfde kleur.
Of ik gebruikte een balpen.
Hoewel dat niet echt werkte.
Dan moest je zo krassen.
En dan zagen ze het direct.
Maar goed, een stift voldeed.
Met een liniaal zette ik er dan een streepje bij.
Als je snel keek zag je het niet.
En keken ze goed.
Ja, dan zagen ze het.
Maar dan keerde ik het om.
Zei ik dat ik de spot met hen dreef.
En had ik alsnog een streepje voor.
Op mijn manier.
Zonder erbij te horen.