Begin er niet aan.
Maar hij had mij toch niet geloofd.
Hij was verliefd.
Of op z’n minst in de ban.
En ik wist op wie.
Want verleiden kon ze.
Ze keek je aan.
En je was verkocht.
Ze zei wat.
En je viel voor de bijl.
Bovendien.
En ja dat ook nog.
Het was zijn eerste.
Terwijl voor haar.
Nou ja.
Ze was de tel kwijt zeg maar.
Niet dat zij daar wat aan kon doen.
Niet echt in ieder geval.
Ze was zo.
Zo zat ze in elkaar.
Ingewikkeld.
Laten we het daarop houden.
Instabiel.
Zachtjes uitgedrukt.
En nu was het zijn beurt.
Om die fout te maken.
Die ik jaren terug gemaakt had.
Ook met zo’n type.
Ik zag het meteen.
Alle alarmbellen gingen af.
Maar goed.
Hij was nog jong.
Onervaren.
Hem waarschuwen had geen zin.
Hij had mij aangekeken.
Gezegd waar bemoei je je mee.
En inderdaad.
Het zijn mijn zaken niet.
Maar u zijt gewaarschuwd.